Oefening 6 |
Pa Tuan Chin (Ba Duan Jin)
"Pa"= Acht "Tuan"= Deel "Chin"= Wandkleed of Brokaat Pa Tuan Chin betekent dus zoiets als: "8-delige brokaat" Maar wordt ook wel vertaald als ; "de acht brokaten", "het achtdelig tapijt", "de zijde-oefeningen", "de acht lichte oefeningen", "acht kostbare schatten", etc.
Achter al deze benamingen verbergt zich hetzelfde oefensysteem dat echter weer bestaat in verschillende versies. Er bestaan verschillende interpretaties waarom het Pa-Tuan-Chin deze naam gekregen heeft.
Eén ervan is, dat de oefeningen, op brokaatstof aangebracht, zijn overgeleverd. Een andere versie is dat de oefeningen naar brokaatstof is vernoemd omdat de oefeningen net zo elegant, veelkleurig en kostbaar zouden zijn als zijdebrokaat. Het Pa Tuan Chin bestaat uit 8 (op zich afzonderlijke) oefeningen in zeer veel variaties, zowel zittend als staand. Ze volgen zeer zorgvuldig het principe van Yin en Yang. Zo kan d.m.v. de acht brokaten de vloeiende wisseling van spanning en ontspanning bijzonder goed worden aangeleerd. Alle bewegingen zijn gecoördineerd met de ademhaling en helpen zodoende de innerlijke en uiterlijke beweging in harmonie te brengen. Correct en regelmatig uitgevoerd hebben de oefeningen een veelvoudige uitwerking op de gezondheid, waarbij ieder van de acht oefeningen zijn eigen werking heeft. Het Pa Tuan Chin is één van de veelzijdigste oefenvormen binnen het bereik van de T'ai Chi, terwijl de meeste oefeningen vrij eenvoudig zijn aan te leren. Over de oorsprong van het Pa Tuan Chin bestaan ook verschillende theorieën. Eén van de oudste versies wordt zittend uitgevoerd en stamt uit de tijd van de Tang Dynastie (618 - 907). Maar er zijn ook aanwijzingen van het bestaan van soortgelijke systemen gevonden die nog veel ouder zijn. |
Reguleert alle interne organen. Vermindert vermoeidheid. Verbetert de ademhaling. Sterkt de rugpieren en zorgt voor een betere houding. Inademen t/m 1b. Uitademen bij 1c. Daarna inademen tot ongeveer schouderhoogte (armen zijwaarts). Daarna uitademen en terug naar beginpositie. |
Werkt vooral op het borstgebied, het huis van het hart en de longen. Verbetert de circulatie van bloed en zuurstof. Voor een betere energiestroom in de dunne darm. Tegen slapeloosheid. Bij 2b uitademen. Even vasthouden. Terug naar 2 en inademen. Herhalen naar de andere kant en uitademen. Terug naar 2 en inademen terug naar 1 (zie boven) en uitademen. Eerst de boog naar links spannen. |
Verbetert de energiestroom aan beide zijden van het lichaam. Komt ten goede aan lever, gal, blaas, milt en maag. Helpt spijsverteringsproblemen te voorkomen. Hand omhoog/omlaag is inademen. Handen weer naar het midden brengen is uitademen. Eerst de rechterarm omhoog. |
Heeft een krachtig effect op het centraal zenuwstelsel en de circulatie van bloed en Chi naar het hoofd. Sterkt de nieren. Sterkt oogballen, zenuwen, nek- en schouderspieren. Tegen hoge bloeddruk. Eerst naar links draaien, dan naar rechts. Tip: volg je eigen ademritme. |
Preventie tegen koorts. Reduceert spanning in het sympatisch zenuwstelsel. Heeft een relaxend effect. Eerst naar links buigen dan naar rechts. |
Sterkt de onderrugspieren. Verbetert de functie van de onderbuikorganen, Vooral de nierfunctie wordt gesterkt. Naar beneden zakken is uitademen. Omhoog komen is inademen. |
Ontwikkelt de Chi-stroom vanaf de voeten door het hele lichaam en ontlaadt het via de handen en ogen. Versnelt de circulatie van bloed en zuurstof in het cardiovasculaire systeem. Eerst linkervuist naar voren. Bij het naar voor brengen van de armen (afwisselend links en rechts) moet men als het ware de lucht uitstoten. Dit bereikt men door niet te diep in te ademen, (korte inademingen). |
Masseert alle innerlijke organen. Goed voor de wervelkolom, zenuwstelsel en balansgevoel. Volg je eigen ademritme of adempatroon. |
Oefening:
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
Terug naar "Tai Chi" startpagina |